Onderzoekplicht PFAS
De afkorting PFAS staat voor poly- en perfluoralkylstoffen. Dit is een pakket van zo’n 6.000 slecht afbreekbare stoffen die door de mens gemaakt zijn en van nature niet in ons milieu voorkomen. Voorbeelden van PFAS zijn onder andere PFOS, PFOA en GenX. PFAS worden in veel producten toegepast. Door onder andere emissies en incidenten zijn deze stoffen wel in ons milieu terechtgekomen en zitten ze nu onder andere in de bodem, in bagger en in het oppervlaktewater. Daarom zijn sinds 8 juli 2019, in ieder geval tijdelijk, de regels aangescherpt.
Toepassen van grond volgens het Besluit bodemkwaliteit (Bbk)
Voor grondverzet betekent dit dat onze geldende regionale bodemkwaliteitskaart vanaf 1 oktober 2019 niet meer volstaat als bewijsmiddel bij toepassingen van grond. Daarom moet de van PFAS verdachte bodemlaag (= tot 1,0 m -mv), aanvullend op de regionale bodemkwaliteitskaart mét (historisch) vooronderzoek, door middel van een (AP04-)partijkeuring onderzocht worden. Hierbij dient alleen geanalyseerd te worden op PFOS en PFOA; de PFAS-stofgroep GenX mag in onze gemeente buiten beschouwing worden gelaten. Indien uit het (historisch) vooronderzoek blijkt dat er sprake is van een mogelijke puntbelasting, dan moet het (historisch) vooronderzoek worden doorgezet naar een volwaardig verkennend bodemonderzoek NEN 5740, inclusief PFAS.
Erkende kwaliteitsverklaring en fabrikant-eigen-verklaring
Indien grond of baggerspecie afkomstig is uit (water)bodemlagen die onverdacht zijn op het voorkomen van PFAS (ongeroerde (water)bodems, gelegen dieper dan 1 m-mv), dan is aanvullend onderzoek naar het voorkomen van PFAS niet noodzakelijk om de milieuhygiënische verklaring te mogen blijven gebruiken. In dit geval moet de PFAS-waarde via (AP04-)partijkeuringen worden vastgesteld.
Indien grond of baggerspecie uit PFAS-verdachte bodemlagen afkomstig is, dan is onderzoek op PFAS noodzakelijk. Alleen wanneer de bodemkwaliteit inclusief PFAS in voldoende mate is geborgd, kan de milieuhygiënische verklaring pas weer worden gebruikt zonder analyse op partijniveau.
Onderzoeken in het kader van de Wet bodembescherming (Wbb)
Een verkennend bodemonderzoek NEN 5740 heeft als doel om vast te stellen of de bodem verontreinigd is of niet. Indien uit het (historisch) vooronderzoek NEN 5725 blijkt dat er sprake is van een mogelijke puntbelasting, dan dient de PFAS-verdachte bodemlaag (= tot 1,0 m-mv) onderzocht te worden met behulp van een verkennend bodemonderzoek NEN 5740. Hierbij dient geanalyseerd te worden op PFOS en PFOA; de PFAS-stofgroep GenX mag in onze gemeente buiten beschouwing worden gelaten. Indien er sprake is van een onverdachte locatie, dan kunnen dergelijke analyses achterwege blijven.
Wanneer er werkzaamheden plaatsvinden waarbij grond van een perceel vrijkomt, dan kan deze grond niet zonder meer worden afgevoerd of elders worden toegepast. De regels van het Bbk zijn hierop namelijk van toepassing. De gemeente controleert op de naleving van de regels uit het Bbk.
Actuele tijdelijke achtergrondwaarden PFAS/PFOS/PFOA
Voor meer informatie verwijzen wij u naar de website van BodemPlus.